vrijdag 10 december 2010

Marente de Moor | De Nederlandse maagd

Marente de Moor - De Nederlandse maagd. Amsterdam/Antwerpen, Querido, 2010, 297 pagina's.

Zomer 1936. Janna, een jonge Nederlandse schermster, wordt door haar vader op de trein gezet om in de leer te gaan bij zijn oude vriend, maître Egon von Bötticher. Egon, een huzaar die gewond en verbitterd is teruggekeerd uit de Eerste Wereldoorlog, slijt zijn dagen op een verlaten landgoed bij Aken. Hier geeft hij les aan twee beeldschone tweelingbroers en organiseert hij bloedige duels voor studenten. Binnen de poorten van deze eigenaardige wereld gaat Janna, geïntrigeerd door haar ontoeschietelijke maître, op zoek naar antwoorden. Wat is er tussen hem en haar vader voorgevallen, en wie moet de rekening vereffenen? Gaandeweg dringt de buitenwereld het leven op het landgoed binnen en komt het tot een dramatische ontknoping.


Ik breek me al een tijdje het hoofd over wat ik nu eigenlijk over dit boek moet zeggen. Ik begon vol goede moed aan deze roman, maar gaandeweg nam mijn leesplezier steeds meer af. Mijn probleem is, dat ik het moeilijk vind concreet onder woorden te brengen wat me nu eigenlijk tegen ging staan in deze roman.

Op zich is het gegeven interessant: een Nederlands meisje van achttien, Janna, dat zich vol overgave op het schermen heeft gestort, wordt door haar vader naar een Duitse oude vriend gestuurd, om van hem nog meer te leren over het schermen. Er was vriendschap tussen de vader en de Duitse maître, ontstaan tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar die vriendschap is ernstig bekoeld. Waarom, dat is niet duidelijk. Janna neemt zich voor te achterhalen wat er tussen de twee mannen is voorgevallen, en daarbij raakt ze zelf danig onder de indruk van de maître.

Positief aan deze roman vind ik de taal die De Moor gebruikt. Ze slaat je als lezer om de oren met lang vergeten zelfstandige naamwoorden om bijvoorbeeld het interieur van het landgoed van de maître te beschrijven. Ook al heb je er een woordenboek voor nodig, het leest heerlijk. Er ontstaat een prachtige, ongewone wereld voor je lezende ogen.

Jammer is alleen dat er dan soms ook woorden of zinnen ernstig uit de toon vallen. Het boek bevat verschillende seksscènes, die niet in ranzigheid vervallen. Op één scène na dan, waarin De Moor ineens het woord 'kutje' gebruikt. Het was alsof dat woord met een luidspreker naar mij geroepen werd.

Uit de toon valt ook een opmerking van Von Bötticher, die van aristocratische komaf is, maar volgens De Moor wel het volgende zegt:

Ik zou het u wel willen voorlezen, maar het is te gênant. U bent zijn dochter, ik heb het recht niet om het beeld wat dochters van hun vader schijnen te hebben, aan diggelen te slaan. Ik zal er het zwijgen toe doen.

Dat woord 'wat' heeft in de tweede zin hetzelfde effect op mij als het eerder genoemde woord. In mijn voorstelling zou een aristocraat als Von Bötticher netjes 'het beeld dat dochters van hun vader schijnen te hebben' zeggen.

Een ander bezwaar is, dat er zo enorm veel in deze roman zit: het geheim van Janna’s vader en Von Bötticher dat onthuld moet worden, de verhouding van Janna met haar maître, maar tegelijkertijd ook met de tweeling die net als Janna hun schermkunst verfijnen bij de maître, die evengoed zijn zonen zouden kunnen zijn, de bewondering van Janna voor de Duitse Olympisch kampioen schermen Helene Mayer, de greep die de nazipartij op de Duitse samenleving heeft en de oorlogsdreiging die er in het land hangt. Uiteindelijk is dat enorme aantal verhaallijnen, denk ik, het grootste bezwaar. Je schakelt steeds weer naar een andere verhaallijn en dat maakt de roman nogal fragmentarisch. Ook werd het me al lezende steeds minder duidelijk wat nu eigenlijk de bedoeling was van deze roman.

Mijn teleurstelling achteraf is niet zo groot als na het lezen van De Moors eerste roman De overtreder, maar ik heb toch ook nu weer het gevoel dat het het net niet is.

Marente de Moor | De overtreder

flickr

Geen opmerkingen:

Een reactie posten