Jan Vantoortelboom | De verzonken jongen: roman. Amsterdam/Antwerpen, Uitgeverij Contact, maart 2011 (3), 301 pagina's. Februari 2011 (1).
Zorgeloos en beschermd. Zo gaan Stoffel en Bart Vanheule door het leven in het West-Vlaamse dorp Elverdinge. Moeder is huisvrouw en vader werkt als mecanicien. Elke zondag gaat het gezin plichtsgetrouw op bezoek bij grootvader Victor. Zijn gezicht is in tweeën gespleten door een litteken en het is die 'krijtlijn' die Stoffels verbeelding voedt. Geleidelijk aan sijpelt vertwijfeling over de herkomst van dat litteken door en lastige vragen en scherpe blikken van dorpsgenoten veroorzaken een toenemen gevoel van onrust bij Stoffel.
De dag voor Kerstmis wordt er een brief bezorgd die leidt tot ontzetting bij zijn ouders en grootvader verhangt zich zelfs in de oude schuur. Als moeder ook nog eens door ziekte komt te sterven valt het doek voorgoed voor het onbezorgde leven van de broers.
Jan Vantoortelboom (1975) is geboren te Torhout en opgegroeid in Elverdinge. Na zijn studie Germaanse filologie aan de Universiteit Gent en Trinity College Dublin belandde hij in het onderwijs. Hij is docent Engels aan de Hogeschool Zeeland en woont met zijn gezin in het landelijke Zeeuws-Vlaanderen.
De verzonken jongen nam ik mee naar huis uit de bibliotheek, omdat het boek dat ik eigenlijk wilde lezen van deze schrijver, Meester Mitraillette, nog lang niet beschikbaar is in de bibliotheek. Dat krijg je als een boek 'Boek van de maand' wordt in DWDD.
Deze debuutroman speelt net als Meester Mitraillette in het Vlaamse plaatsje Elverdinge en is gesitueerd in twee periodes: het begin van de vorige eeuw, voornamelijk vanuit het perspectief van opa Victor als jongeman, en de jaren 1970 en '80, geschreven vanuit het perspectief van Stoffel. De roman begint met de begrafenis van de moeder van Stoffel. Daarna wisselt in ieder hoofdstuk het perspectief en de tijd. Dit alles om de spanning rond het familiegeheim, waarvan Stoffel zich langzaamaan steeds bewuster wordt, op te bouwen.
De constructie van de roman sprak me aan. Ieder hoofdstuk kom je een beetje dichter bij de kern van het geheim, en door het wisselende perspectief blijf je alert. Het was moeilijk om het boek weg te leggen – ik heb de roman in twee dagen uitgelezen.
De verzonken jongen is net als De helaasheid der dingen van Dmitri Verhulst gesitueerd op het Vlaamse platteland, waar geroddeld en gekonkeld wordt. Opa Victor noemen ze een moordenaar en de moeder van Stoffel is een 'hoerenjong'. Opa Victor is een bijzonder personage, dat je angst inboezemt, ook al zie je hem niet werkelijk voor je. Stoffels angst en spanning slaan over op de lezer. De scènes waarin Stoffel 'stukjes' van zijn opa verzamelt, vol van angst, of waarin hij naar de slager moet en hij de scherpe ogen en tong van de dorpsgenoten vreest, vond ik mooi. Geen meesterwerk, maar wel een aangenaam boek.
Jan van Toortelboom
flickr
zondag 30 maart 2014
vrijdag 28 maart 2014
Esther Gerritsen | Dorst
Esther Gerritsen | Dorst. Breda, De Geus, 2012 (2), 216 pagina's. 2012 (1).
Coco en haar moeder Elizabeth zien elkaar sporadisch en lopen elkaar op een dag bij toeval tegen het lijf. De moeder vertelt tussen neus en lippen door dat ze niet lang meer te leven heeft. Coco voelt zich verantwoordelijk en trekt bij haar moeder in. De zieke Elizabeth verdraagt de aanwezigheid van haar dochter omdat ze weet dat van een moeder begrip en geduld wordt verwacht.
Dorst beschrijft de relatie tussen moeder Elisabeth en dochter Coco. De roman begint direct met een bijzondere scène: moeder en dochter komen elkaar toevallig tegen op straat tegen, ze hebben elkaar al een tijdje niet gezien en dan moet het hoge woord er ineens toch maar uit: moeder Elisabeth heeft kanker in een vergevorderd stadium. Ze zal niet lang meer leven.
Van Coco's studie Russisch kwam al niet veel terecht, haar oudere vriend lijkt haar te willen verlaten, ze moet uit haar kamer en ze schrikt van de boodschap dat haar moeder stervende is. Dan ligt de oplossing voor de hand: ze trekt bij haar moeder in, om haar direct ook tot het einde te verzorgen. Daarbij negeert ze het feit dat Elisabeth daar niet op zit te wachten. Elisabeth ziet de aanwezigheid van haar dochter in huis als een last, het 'grote dochterlichaam' zit haar in de weg, ook als het zich in een andere kamer op een andere verdieping bevindt. Coco probeert op een onhandige manier met moeder en haar vriend te communiceren, maar daarbij is ze vaak net zo weinig succesvol als haar moeder.
Dorst bestaat vooral uit dialoog, waarin je duidelijk merkt dat Gerritsen veel toneelstukken heeft geschreven. Het zijn karige zinnen, maar ieder woord is raak. De problematische verhouding tussen moeder en dochter blijkt overduidelijk uit die hortende en stotende dialogen. Coco wil weten waar het verkeerd is gegaan, nadat ze van haar vader heeft gehoord dat haar moeder haar als peuter opsloot in haar kamer. Uit de hoofdstukken die vanuit het perspectief van Elisabeth zijn geschreven leren we dat 'het kind' te veel besmeurde en kapotmaakte in huis. Het was rustiger om het kind dan maar in haar kamer op te sluiten. Maar, dat deed ze pas regelmatig nadat ze had vastgesteld dat het kind daar net vaker van ging huilen.
Dorst biedt geen hoop: moeder en dochter komen er samen niet uit, hun relatie blijft schuren en schrijnen, tot de moeder overlijdt. De dialogen in Dorst zijn meesterlijk geschreven en het onvermogen om echt te praten is bijzonder pijnlijk. Ik sloot het boek met tegenzin, en het zong nog dagen na in mijn hoofd. Een bijzonder goed boek, dat het verdient om door iedereen gelezen te worden.
Esther Gerritsen | Superduif
Esther Gerritsen op Wikipedia
flickr
Coco en haar moeder Elizabeth zien elkaar sporadisch en lopen elkaar op een dag bij toeval tegen het lijf. De moeder vertelt tussen neus en lippen door dat ze niet lang meer te leven heeft. Coco voelt zich verantwoordelijk en trekt bij haar moeder in. De zieke Elizabeth verdraagt de aanwezigheid van haar dochter omdat ze weet dat van een moeder begrip en geduld wordt verwacht.
Dorst beschrijft de relatie tussen moeder Elisabeth en dochter Coco. De roman begint direct met een bijzondere scène: moeder en dochter komen elkaar toevallig tegen op straat tegen, ze hebben elkaar al een tijdje niet gezien en dan moet het hoge woord er ineens toch maar uit: moeder Elisabeth heeft kanker in een vergevorderd stadium. Ze zal niet lang meer leven.
Van Coco's studie Russisch kwam al niet veel terecht, haar oudere vriend lijkt haar te willen verlaten, ze moet uit haar kamer en ze schrikt van de boodschap dat haar moeder stervende is. Dan ligt de oplossing voor de hand: ze trekt bij haar moeder in, om haar direct ook tot het einde te verzorgen. Daarbij negeert ze het feit dat Elisabeth daar niet op zit te wachten. Elisabeth ziet de aanwezigheid van haar dochter in huis als een last, het 'grote dochterlichaam' zit haar in de weg, ook als het zich in een andere kamer op een andere verdieping bevindt. Coco probeert op een onhandige manier met moeder en haar vriend te communiceren, maar daarbij is ze vaak net zo weinig succesvol als haar moeder.
Dorst bestaat vooral uit dialoog, waarin je duidelijk merkt dat Gerritsen veel toneelstukken heeft geschreven. Het zijn karige zinnen, maar ieder woord is raak. De problematische verhouding tussen moeder en dochter blijkt overduidelijk uit die hortende en stotende dialogen. Coco wil weten waar het verkeerd is gegaan, nadat ze van haar vader heeft gehoord dat haar moeder haar als peuter opsloot in haar kamer. Uit de hoofdstukken die vanuit het perspectief van Elisabeth zijn geschreven leren we dat 'het kind' te veel besmeurde en kapotmaakte in huis. Het was rustiger om het kind dan maar in haar kamer op te sluiten. Maar, dat deed ze pas regelmatig nadat ze had vastgesteld dat het kind daar net vaker van ging huilen.
Dorst biedt geen hoop: moeder en dochter komen er samen niet uit, hun relatie blijft schuren en schrijnen, tot de moeder overlijdt. De dialogen in Dorst zijn meesterlijk geschreven en het onvermogen om echt te praten is bijzonder pijnlijk. Ik sloot het boek met tegenzin, en het zong nog dagen na in mijn hoofd. Een bijzonder goed boek, dat het verdient om door iedereen gelezen te worden.
Esther Gerritsen | Superduif
Esther Gerritsen op Wikipedia
flickr
Labels:
24-03-2014,
28-03-2014,
Dorst,
Esther Gerritsen,
fictie,
Nederland,
Nederlands,
openbare bibliotheek,
roman
zondag 23 maart 2014
Jenny Erpenbeck | Aller Tage Abend
Jenny Erpenbeck | Aller Tage Abend. München, Albrecht Knaus Verlag, 2012, 283 pagina's.
Wie lang wird das Leben des Kindes sein, das gerade geboren wird? Wer sind wir, wenn uns die Stunde schlägt? Wer wird um uns trauern? Jenny Erpenbeck nimmt uns mit auf ihrer Reise durch die vielen Leben, die in einem Leben enthalten sein können. Sie wirft einen scharfen Blick auf die Verzweigungen, an denen sich Grundlegendes entscheidet. Die Hauptfigur ihres Romans stirbt als Kind. Oder doch nicht? Stirbt als Liebende. Oder doch nicht? Stirbt als Verratene. Als Hochgeehrte. Als von allen Vergessene. Oder doch nicht? Lebendig erzählt Erpenbeck, wie sich, was wir "Schicksal" nennen, als ein unfassbares Zusammenspiel von Kultur- und Zeitgeschichte, von familiären und persönlichen Verstrickungen erweist. Der Zufall aber sitzt bei alldem "in seiner eisernen Stube und rechnet".
Aller Tage Abend is het tweede boek dat ik van Erpenbeck las. Het eerste was Tand, een zeer gevarieerde verhalenbundel. Aller Tage Abend is een roman, maar door de structuur van het boek doet het toch ook wel weer aan een verhalenbundel denken. Waarom?
Het hoofdpersonage van deze roman is een meisje dat geboren wordt in de stad Lvov, nu Oekraïne, toen nog onderdeel van het Habsburgse rijk. Erpenbeck beschrijft het leven van dit meisje binnen de kaders van de wereldgeschiedenis in Midden- en Oost-Europa, bijvoorbeeld het antisemitisme in Lvov voor de Eerste Wereldoorlog, de honger in Wenen tijdens en direct na de Eerste Wereldoorlog en de angst om gearresteerd te worden in het communistische Moskou in 1937. Erpenbeck schetst het leven van het hoofdpersonage tegen de achtergrond van die turbulente geschiedenis, en het leven van dat hoofdpersonage wordt onontkoombaar beïnvloed door die geschiedenis.
Er zijn heel veel historische romans. Wat maakt deze roman dan zo bijzonder? Dat is deze roman door een aantal zaken. In de eerste plaats doordat we hier vrijwel tot het einde van de roman te maken hebben met een naamloos hoofdpersonage. Ook de overige personages die in de verschillende delen voorkomen blijven naamloos. Dat werkt nogal vervreemdend, maar op een prettige manier. Je kunt je voorstellen dat iedereen dit lot beschoren kan zijn. Betekenisvol is ook, dat het hoofdpersonage pas een volledige naam krijgt, en dan alleen nog een achternaam, als zij op het einde van haar leven in een bejaardentehuis woont, en ze helemaal geen baas meer is over haar eigen leven.
Aller Tage Abend is een strikt lineair verteld verhaal. Dat klinkt saai, maar dat is het niet. Erpenbeck beschrijft in ieder deel een bepaald gedeelte van het leven van het hoofdpersonage. Dat deel eindigt met een (dreigende) dood van het hoofdpersonage. In het intermezzo na dat zojuist gelezen deel blijkt vervolgens dat het hoofdpersonage niet overleden is, en dat haar leven juist een heel andere wending heeft genomen, waardoor ze tóch in leven is gebleven. Dat is dan te danken aan toevallige keuzes of kennis van anderen, aan een onverklaarbare speling van het lot. Hoe je het ook wilt noemen, het zijn altijd zaken waarop het meisje en later de vrouw geen enkele invloed hebben gehad. Zo beschrijft Erpenbeck in de vorm van één personage meerdere levens, opgehangen aan de geschiedenis van Midden- en Oost-Europa in de twintigste eeuw en toont ze aan dat het leven slechts bestaat uit toevallige keuzes en gebeurtenissen. En daarom doet deze roman mij ook aan verhalenbundel denken.
Ik kan er niet over uit dat ik zoveel plezier heb kunnen beleven aan een roman die bedoeld is om vervreemding te wekken en twijfel te zaaien. Lees je geen Duits, dan zoek je de roman Een handvol sneeuw in de bibliotheek of boekhandel. Doen!
Jenny Erpenbeck op Wikipedia (Duits)
Jenny Erpenbeck | Tand
flickr
Wie lang wird das Leben des Kindes sein, das gerade geboren wird? Wer sind wir, wenn uns die Stunde schlägt? Wer wird um uns trauern? Jenny Erpenbeck nimmt uns mit auf ihrer Reise durch die vielen Leben, die in einem Leben enthalten sein können. Sie wirft einen scharfen Blick auf die Verzweigungen, an denen sich Grundlegendes entscheidet. Die Hauptfigur ihres Romans stirbt als Kind. Oder doch nicht? Stirbt als Liebende. Oder doch nicht? Stirbt als Verratene. Als Hochgeehrte. Als von allen Vergessene. Oder doch nicht? Lebendig erzählt Erpenbeck, wie sich, was wir "Schicksal" nennen, als ein unfassbares Zusammenspiel von Kultur- und Zeitgeschichte, von familiären und persönlichen Verstrickungen erweist. Der Zufall aber sitzt bei alldem "in seiner eisernen Stube und rechnet".
Aller Tage Abend is het tweede boek dat ik van Erpenbeck las. Het eerste was Tand, een zeer gevarieerde verhalenbundel. Aller Tage Abend is een roman, maar door de structuur van het boek doet het toch ook wel weer aan een verhalenbundel denken. Waarom?
Het hoofdpersonage van deze roman is een meisje dat geboren wordt in de stad Lvov, nu Oekraïne, toen nog onderdeel van het Habsburgse rijk. Erpenbeck beschrijft het leven van dit meisje binnen de kaders van de wereldgeschiedenis in Midden- en Oost-Europa, bijvoorbeeld het antisemitisme in Lvov voor de Eerste Wereldoorlog, de honger in Wenen tijdens en direct na de Eerste Wereldoorlog en de angst om gearresteerd te worden in het communistische Moskou in 1937. Erpenbeck schetst het leven van het hoofdpersonage tegen de achtergrond van die turbulente geschiedenis, en het leven van dat hoofdpersonage wordt onontkoombaar beïnvloed door die geschiedenis.
Er zijn heel veel historische romans. Wat maakt deze roman dan zo bijzonder? Dat is deze roman door een aantal zaken. In de eerste plaats doordat we hier vrijwel tot het einde van de roman te maken hebben met een naamloos hoofdpersonage. Ook de overige personages die in de verschillende delen voorkomen blijven naamloos. Dat werkt nogal vervreemdend, maar op een prettige manier. Je kunt je voorstellen dat iedereen dit lot beschoren kan zijn. Betekenisvol is ook, dat het hoofdpersonage pas een volledige naam krijgt, en dan alleen nog een achternaam, als zij op het einde van haar leven in een bejaardentehuis woont, en ze helemaal geen baas meer is over haar eigen leven.
Aller Tage Abend is een strikt lineair verteld verhaal. Dat klinkt saai, maar dat is het niet. Erpenbeck beschrijft in ieder deel een bepaald gedeelte van het leven van het hoofdpersonage. Dat deel eindigt met een (dreigende) dood van het hoofdpersonage. In het intermezzo na dat zojuist gelezen deel blijkt vervolgens dat het hoofdpersonage niet overleden is, en dat haar leven juist een heel andere wending heeft genomen, waardoor ze tóch in leven is gebleven. Dat is dan te danken aan toevallige keuzes of kennis van anderen, aan een onverklaarbare speling van het lot. Hoe je het ook wilt noemen, het zijn altijd zaken waarop het meisje en later de vrouw geen enkele invloed hebben gehad. Zo beschrijft Erpenbeck in de vorm van één personage meerdere levens, opgehangen aan de geschiedenis van Midden- en Oost-Europa in de twintigste eeuw en toont ze aan dat het leven slechts bestaat uit toevallige keuzes en gebeurtenissen. En daarom doet deze roman mij ook aan verhalenbundel denken.
Ik kan er niet over uit dat ik zoveel plezier heb kunnen beleven aan een roman die bedoeld is om vervreemding te wekken en twijfel te zaaien. Lees je geen Duits, dan zoek je de roman Een handvol sneeuw in de bibliotheek of boekhandel. Doen!
Jenny Erpenbeck op Wikipedia (Duits)
Jenny Erpenbeck | Tand
flickr
Labels:
09-03-2014,
23-03-2014,
Aller Tage Abend,
Duits,
Duitsland,
Een handvol sneeuw,
fictie,
Jenny Erpenbeck,
roman
donderdag 2 mei 2013
Joyce Yarrow | Code of Thieves
Joyce Yarrow – Code of Thieves: A Jo Esptein mystery. Istoria Books, april 2013, 243 pagina's. 2010 (1, hardcover).
Full-time private investigator/part-time poet Jo Epstein travels to New York and eventually to Russia to help clear her émigré stepfather of a murder rap and to discover who is sending him threatening messages in the form of Russian nesting dolls (matryoshkas). Her journey takes her to dark places in her stepfather's background and into Russia's history as it shrugged off the weight of communism and embraced a frightening new freedom.
Ik kreeg Code of Thieves in het kader van Early Reviewers van Library Thing. Ik had me voor dit boek aangemeld omdat ik nieuwsgierig was naar de manier waarop de schrijfster het Amerikaanse en het Russische gedeelte van deze roman aan elkaar zou 'breien'.
Code of Thieves leest gemakkelijk, ook als Engels niet je moedertaal is. Het plot wordt niet briljant, maar op zich best onderhoudend verteld. Ik was in ieder geval wel benieuwd naar de afloop. Het idee om steeds een kleine pop uit een set matreshka's in de vorm van kogels met daarop de afbeelding van rechters als waarschuwing te versturen om de spanning te verhogen, vond ik een aardige vondst.
Vanaf het begin echter stond me een aantal zaken tegen, waaraan ik mij gaandeweg steeds meer ging ergeren. Zo heet één van de Russische hoofdpersonen Feydor. Ik ga ervan uit dat de schrijfster de voornaam Fyedor bedoelt, want de naam Feydor bestaat, voor zover mij bekend, niet.
Verder noemt de schrijfster allerlei Russische woorden, gevolgd door een vertaling, vooral om de couleur locale te verhogen, neem ik aan. Het is jammer dat ze dan bijvoorbeeld het woord 'kielbasa' gebruikt voor 'worst'. Dat is het Poolse woord voor worst, maar niet het Russische. De Russen zeggen 'kolbasa', waarbij de 'o' als een a-achtige klant wordt uitgesproken.
En dan heb ik het nog niet eens over de vele tikfouten in de tekst. Als een boek eerst op papier is uitgegeven en daarna opnieuw als e-boek wordt uitgegeven, mag je toch op zijn minst verwachten dat dit soort zaken verbeterd is.
Ik las dit boek in een periode waarin ik bezig was met andere dingen. Het is dan prettig om lichte kost te lezen. Dat is Code of Thieves zeker. Ik vraag me wel af of ik het boek, als de omstandigheden anders waren gewest, zou hebben uitgelezen. Deze roman maakt mij in ieder geval niet bijster nieuwsgierig naar ander werk van Yarrow.
Joyce Yarrow (English)
Full-time private investigator/part-time poet Jo Epstein travels to New York and eventually to Russia to help clear her émigré stepfather of a murder rap and to discover who is sending him threatening messages in the form of Russian nesting dolls (matryoshkas). Her journey takes her to dark places in her stepfather's background and into Russia's history as it shrugged off the weight of communism and embraced a frightening new freedom.
Ik kreeg Code of Thieves in het kader van Early Reviewers van Library Thing. Ik had me voor dit boek aangemeld omdat ik nieuwsgierig was naar de manier waarop de schrijfster het Amerikaanse en het Russische gedeelte van deze roman aan elkaar zou 'breien'.
Code of Thieves leest gemakkelijk, ook als Engels niet je moedertaal is. Het plot wordt niet briljant, maar op zich best onderhoudend verteld. Ik was in ieder geval wel benieuwd naar de afloop. Het idee om steeds een kleine pop uit een set matreshka's in de vorm van kogels met daarop de afbeelding van rechters als waarschuwing te versturen om de spanning te verhogen, vond ik een aardige vondst.
Vanaf het begin echter stond me een aantal zaken tegen, waaraan ik mij gaandeweg steeds meer ging ergeren. Zo heet één van de Russische hoofdpersonen Feydor. Ik ga ervan uit dat de schrijfster de voornaam Fyedor bedoelt, want de naam Feydor bestaat, voor zover mij bekend, niet.
Verder noemt de schrijfster allerlei Russische woorden, gevolgd door een vertaling, vooral om de couleur locale te verhogen, neem ik aan. Het is jammer dat ze dan bijvoorbeeld het woord 'kielbasa' gebruikt voor 'worst'. Dat is het Poolse woord voor worst, maar niet het Russische. De Russen zeggen 'kolbasa', waarbij de 'o' als een a-achtige klant wordt uitgesproken.
En dan heb ik het nog niet eens over de vele tikfouten in de tekst. Als een boek eerst op papier is uitgegeven en daarna opnieuw als e-boek wordt uitgegeven, mag je toch op zijn minst verwachten dat dit soort zaken verbeterd is.
Ik las dit boek in een periode waarin ik bezig was met andere dingen. Het is dan prettig om lichte kost te lezen. Dat is Code of Thieves zeker. Ik vraag me wel af of ik het boek, als de omstandigheden anders waren gewest, zou hebben uitgelezen. Deze roman maakt mij in ieder geval niet bijster nieuwsgierig naar ander werk van Yarrow.
Joyce Yarrow (English)
vrijdag 18 januari 2013
Olga Grjasnowa | Der Russe ist einer, der Birken liebt
Olga Grjasnowa - Der Russe ist einer, der Birken liebt. München, Carl Hanser Verlag, 2012 (2), 284 pagina's. 2012 (1).
Mascha ist jung und eigenwillig, sie ist Aserbaidschanerin, Jüdin, und wenn nötig auch Türkin und Französin. Als Immigrantin musste sie in Deutschland früh die Erfahrung der Sprachlosigkeit machen. Nun spricht sie fünf Sprachen fließend und ein paar weitere so "wie die Ballermann-Touristen Deutsch". Sie plant gerade ihre Karriere bei der UNO, als ihr Freund Elias schwer krank wird. Verzweifelt flieht sie nach Israel und wird schließlich von ihrer eigenen Vergangenheit eingeholt. Mit perfekter Ausgewogenheit von Tragik und Komik und mit einem bemerkenswerten Sinn für das Wesentliche erzählt Olga Grjasnowa die Geschichte einer Generation, die keine Grenzen kennt, aber auch keine Heimat hat.
Deze roman kocht ik vorig jaar tijdens een verblijf op Borkum, omdat de omschrijving op de omslag me aansprak. De verkoopster van de eilandboekhandel was helemaal verrukt dat ik het kocht, want dit was een waar meesterwerkje. Ze begon spontaan op te noemen waarom het zo goed dat zo'n jonge schrijfster zo'n boek had kunnen schrijven. Zoveel prijzen maakt je haast bang om te beginnen in een boek, maar de verkoopster had volkomen gelijk. Dit is een héél goed, ontroerend boek!
Olga Grjasnowa op Wikipedia (Duits)
flickr
Mascha ist jung und eigenwillig, sie ist Aserbaidschanerin, Jüdin, und wenn nötig auch Türkin und Französin. Als Immigrantin musste sie in Deutschland früh die Erfahrung der Sprachlosigkeit machen. Nun spricht sie fünf Sprachen fließend und ein paar weitere so "wie die Ballermann-Touristen Deutsch". Sie plant gerade ihre Karriere bei der UNO, als ihr Freund Elias schwer krank wird. Verzweifelt flieht sie nach Israel und wird schließlich von ihrer eigenen Vergangenheit eingeholt. Mit perfekter Ausgewogenheit von Tragik und Komik und mit einem bemerkenswerten Sinn für das Wesentliche erzählt Olga Grjasnowa die Geschichte einer Generation, die keine Grenzen kennt, aber auch keine Heimat hat.
Deze roman kocht ik vorig jaar tijdens een verblijf op Borkum, omdat de omschrijving op de omslag me aansprak. De verkoopster van de eilandboekhandel was helemaal verrukt dat ik het kocht, want dit was een waar meesterwerkje. Ze begon spontaan op te noemen waarom het zo goed dat zo'n jonge schrijfster zo'n boek had kunnen schrijven. Zoveel prijzen maakt je haast bang om te beginnen in een boek, maar de verkoopster had volkomen gelijk. Dit is een héél goed, ontroerend boek!
Olga Grjasnowa op Wikipedia (Duits)
flickr
Donna Leon | Fatalità
Donna Leon - Fatalità. Amsterdam, De Boekerij, 2000, 206 pagina's.
Oorspronkelijke Engelse titel: Fatal Remedies, vertaald door Els Franci-Ekeler.
Fatalità is al weer de achtste misdaadroman met de sympathieke commissaris Guido Brunetti in de hoofdrol. Opnieuw voert Donna Leon de lezer langs de pasticceria's, de steegjes, de palazzi, de eeuwenoude bruggen en de kanalen van Venetië.
Voor commissaris Guido Brunetti begint het allemaal vroeg in de ochtend met een telefoontje. Een vandaal heeft zojuist een steen gegooid door de ruit van een reisbureau. De dader, die ter plaatse is aangehouden, is Paola, Brunetti's eigen vrouw. De actie van Paola veroorzaakt een crisis in het huwelijk van de Brunetti's. Maar ook het werk vereist het uiterste van Brunetti: een overval door leden van de maffia lijkt in verband te staan met een verdacht dodelijk ongeluk. Zijn superieuren willen resultaat, en snel. Wanneer zijn persoonlijke en professionele leven botsen, vreest Brunetti voor zijn carrière. En als Paola niet alleen van vandalisme wordt verdacht, maar ook nog van moord, wordt de druk op Brunetti bijna te groot.
Ik las Fatalità terwijl ik met griep in bed lag. In mijn beleving zijn Leons boeken perfect voor de momenten waarop je hoofd al wel weer een beetje geïnteresseerd is in de wereld om je heen, terwijl je lichaam daar duidelijk nog niet aan toe is.
Fatalità is het achtste deel van de serie die Leon schrijft over commissario Brunetti. Dit boek wijkt af van de voorgaande, omdat de relatie tussen Brunetti en zijn vrouw, Paola, hier een centrale rol heeft. Hun huwelijk komt onder druk te staan, doordat Paola haar aankondiging dat zij een steen door de ruiten van een reisbureau dat zou meewerken aan seksreizen naar het Verre Oosten daadwerkelijk uitvoert. Ze doet dit vervolgens niet één, maar twee keer. Die tweede keer kan Brunetti een arrestatie niet voorkomen, en dat is het begin van een grote problemen voor commissario Brunetti en zijn vrouw.
Het plot van Fatalità zit, zoals we dat gewend zijn, ingenieus in elkaar, waardoor het boek onderhoudend was tot het einde. De tweede verhaallijn vond ik echter het boeiendst. Leon plaatst twee uitersten tegenover elkaar: de idealistisch ingestelde, bevlogen Paola, die zelfs een misdrijf wil plegen en zich daarvoor wil laten arresteren om haar punt duidelijk te maken, tegenover commissario Brunetti, die ervan overtuigd is dat het bestrijden van misdaad goed en noodzakelijk is, maar slechts dan wanneer dat plaatsvindt binnen de kaders van de wet. Als het niet overtreden van de wetten in zijn land betekent dat mensen die een overtreding of misdrijf begaan vrijuit kunnen gaan, moet dat dan maar zo zijn.
Daarmee raakt Leon een gevoelig punt, waarover je lang kunt discussiëren. Mag je bijvoorbeeld proefdieren bevrijden uit laboratoria waar medicijnen op die dieren worden getest, als jij ervan overtuigd bent dat deze dieren onacceptabel leed wordt aangedaan of kies je ervoor geen producten te kopen die op dieren getest zijn? Mag je een bom bij een gebouw van jouw staat tot ontploffing brengen als je het niet eens bent met de politiek die je land voert, zelfs als medeburgers daarbij het risico lopen slachtoffer van jouw bom te worden? Heiligt het doel alle middelen, dat is wat Leon zich in Fatalità afvraagt.
Donna Leon | Nobiltà
Donna Leon | Een stille dood
Donna Leon | Acqua alta
Donna Leon | Salto Mortale
Donna Leon | De dood draagt rode schoenen
Donna Leon | Duister glas
Donna Leon | Dood in den vreemde
Donna Leon | Death at La Fenice
Donna Leon op Wikipedia (Engels)
flickr
Oorspronkelijke Engelse titel: Fatal Remedies, vertaald door Els Franci-Ekeler.
Fatalità is al weer de achtste misdaadroman met de sympathieke commissaris Guido Brunetti in de hoofdrol. Opnieuw voert Donna Leon de lezer langs de pasticceria's, de steegjes, de palazzi, de eeuwenoude bruggen en de kanalen van Venetië.
Voor commissaris Guido Brunetti begint het allemaal vroeg in de ochtend met een telefoontje. Een vandaal heeft zojuist een steen gegooid door de ruit van een reisbureau. De dader, die ter plaatse is aangehouden, is Paola, Brunetti's eigen vrouw. De actie van Paola veroorzaakt een crisis in het huwelijk van de Brunetti's. Maar ook het werk vereist het uiterste van Brunetti: een overval door leden van de maffia lijkt in verband te staan met een verdacht dodelijk ongeluk. Zijn superieuren willen resultaat, en snel. Wanneer zijn persoonlijke en professionele leven botsen, vreest Brunetti voor zijn carrière. En als Paola niet alleen van vandalisme wordt verdacht, maar ook nog van moord, wordt de druk op Brunetti bijna te groot.
Ik las Fatalità terwijl ik met griep in bed lag. In mijn beleving zijn Leons boeken perfect voor de momenten waarop je hoofd al wel weer een beetje geïnteresseerd is in de wereld om je heen, terwijl je lichaam daar duidelijk nog niet aan toe is.
Fatalità is het achtste deel van de serie die Leon schrijft over commissario Brunetti. Dit boek wijkt af van de voorgaande, omdat de relatie tussen Brunetti en zijn vrouw, Paola, hier een centrale rol heeft. Hun huwelijk komt onder druk te staan, doordat Paola haar aankondiging dat zij een steen door de ruiten van een reisbureau dat zou meewerken aan seksreizen naar het Verre Oosten daadwerkelijk uitvoert. Ze doet dit vervolgens niet één, maar twee keer. Die tweede keer kan Brunetti een arrestatie niet voorkomen, en dat is het begin van een grote problemen voor commissario Brunetti en zijn vrouw.
Het plot van Fatalità zit, zoals we dat gewend zijn, ingenieus in elkaar, waardoor het boek onderhoudend was tot het einde. De tweede verhaallijn vond ik echter het boeiendst. Leon plaatst twee uitersten tegenover elkaar: de idealistisch ingestelde, bevlogen Paola, die zelfs een misdrijf wil plegen en zich daarvoor wil laten arresteren om haar punt duidelijk te maken, tegenover commissario Brunetti, die ervan overtuigd is dat het bestrijden van misdaad goed en noodzakelijk is, maar slechts dan wanneer dat plaatsvindt binnen de kaders van de wet. Als het niet overtreden van de wetten in zijn land betekent dat mensen die een overtreding of misdrijf begaan vrijuit kunnen gaan, moet dat dan maar zo zijn.
Daarmee raakt Leon een gevoelig punt, waarover je lang kunt discussiëren. Mag je bijvoorbeeld proefdieren bevrijden uit laboratoria waar medicijnen op die dieren worden getest, als jij ervan overtuigd bent dat deze dieren onacceptabel leed wordt aangedaan of kies je ervoor geen producten te kopen die op dieren getest zijn? Mag je een bom bij een gebouw van jouw staat tot ontploffing brengen als je het niet eens bent met de politiek die je land voert, zelfs als medeburgers daarbij het risico lopen slachtoffer van jouw bom te worden? Heiligt het doel alle middelen, dat is wat Leon zich in Fatalità afvraagt.
Donna Leon | Nobiltà
Donna Leon | Een stille dood
Donna Leon | Acqua alta
Donna Leon | Salto Mortale
Donna Leon | De dood draagt rode schoenen
Donna Leon | Duister glas
Donna Leon | Dood in den vreemde
Donna Leon | Death at La Fenice
Donna Leon op Wikipedia (Engels)
flickr
maandag 7 januari 2013
Jan Paul Bresser | Het verdriet van Eline
Jan Paul Bresser - Het verdriet van Eline: Verhalen. Amsterdam, Anthos, 2011, 206 pagina's.
Een ode aan het leven, aan Den Haag en aan de verbeelding.
De ontroerende verhalen in Het verdriet van Eline vormen met elkaar een mozaïek van levensgeschiedenissen in de oude Haagse binnenstad en daarbuiten. Zelden werd de wereld van ouderen zo indringend en puur beschreven.
Ik lees zowel romans als korte verhalen. Er kleeft echter altijd wel één maar aan een bundel korte verhalen, vind ik. Om de zoveel pagina's worden andere hoofdpersonen, locaties, (historische) gebeurtenissen ten tonele gevoerd. Het aardige nu van Het verdriet van Eline is dat deze bundel korte verhalen bevat met een gemeenschappelijke deler: de stad Den Haag. Bresser beschrijft oudere Hagenezen, allen woonachtig in het Hofkwartier. De meeste verhalen spelen zich dan ook daar af. Sommige personages figureren in meer dan één verhaal, waardoor de verhalen ook op die manier met elkaar samenhangen.
De titel Het verdriet van Eline zette me op het verkeerde been. Ik verwachtte een non-fictie boek, bijvoorbeeld over de plaatsen waar Couperus' Eline Vere zich afspeelt, of over de impact die die feuilleton-roman indertijd heeft gehad. Het verdriet van Eline is echter pure fictie, waarin de realiteit van het heden (verwijzingen naar bijvoorbeeld Twitter, de Tweede Kamer en Hirsi Ali) wel aanwezig zijn, maar meestal niet de boventoon voeren.
Mijn misvatting heeft me niet gehinderd bij het lezen van het boek, sterker nog, de verrassing was des te groter toen bleek waar het boek wel over ging. De maatschappij vindt het niet erg modieus om te schrijven over de 'oudere mens', en daarmee zijn de keuzes die Bresser maakt heel moedig. Alles moet immers maar snel, jachtig, sappig en liefst ook nog sexy zijn wil je met je boek op tv komen en dus je boek verkopen aan het grote publiek. Bresser zet zich tegen de tijdsgeest af door verhalen te schrijven die doordrenkt zijn van geschiedenis.
De meeste verhalen ontroerden me echt. Soms op een prettig melancholische manier – zoals in het verhaal De zonderling, over een man die na zijn pensionering ineens liefde voor de poëzie opvat –, maar soms ook op bijzonder schrijnende, tragische manier. Het verhaal Eerste luier over een man die per trein naar Gouda reist, omdat hij zijn incontinentiemateriaal niet in zijn eigen stad durft te kopen, heeft me bijna aan het huilen gekregen. Dat geldt ook voor het verhaal Geestgronden, waarin pas uit de laatste zin blijkt hoe tragisch de insteek van het verhaal eigenlijk is.
Het verdriet van Eline is niet alleen voor Hagenezen interessant, maar voor iedere Nederlander die iets verder wil kijken dan de eigen (jonge) neus lang is.
Jan Paul Bresser
flickr
Een ode aan het leven, aan Den Haag en aan de verbeelding.
De ontroerende verhalen in Het verdriet van Eline vormen met elkaar een mozaïek van levensgeschiedenissen in de oude Haagse binnenstad en daarbuiten. Zelden werd de wereld van ouderen zo indringend en puur beschreven.
Ik lees zowel romans als korte verhalen. Er kleeft echter altijd wel één maar aan een bundel korte verhalen, vind ik. Om de zoveel pagina's worden andere hoofdpersonen, locaties, (historische) gebeurtenissen ten tonele gevoerd. Het aardige nu van Het verdriet van Eline is dat deze bundel korte verhalen bevat met een gemeenschappelijke deler: de stad Den Haag. Bresser beschrijft oudere Hagenezen, allen woonachtig in het Hofkwartier. De meeste verhalen spelen zich dan ook daar af. Sommige personages figureren in meer dan één verhaal, waardoor de verhalen ook op die manier met elkaar samenhangen.
De titel Het verdriet van Eline zette me op het verkeerde been. Ik verwachtte een non-fictie boek, bijvoorbeeld over de plaatsen waar Couperus' Eline Vere zich afspeelt, of over de impact die die feuilleton-roman indertijd heeft gehad. Het verdriet van Eline is echter pure fictie, waarin de realiteit van het heden (verwijzingen naar bijvoorbeeld Twitter, de Tweede Kamer en Hirsi Ali) wel aanwezig zijn, maar meestal niet de boventoon voeren.
Mijn misvatting heeft me niet gehinderd bij het lezen van het boek, sterker nog, de verrassing was des te groter toen bleek waar het boek wel over ging. De maatschappij vindt het niet erg modieus om te schrijven over de 'oudere mens', en daarmee zijn de keuzes die Bresser maakt heel moedig. Alles moet immers maar snel, jachtig, sappig en liefst ook nog sexy zijn wil je met je boek op tv komen en dus je boek verkopen aan het grote publiek. Bresser zet zich tegen de tijdsgeest af door verhalen te schrijven die doordrenkt zijn van geschiedenis.
De meeste verhalen ontroerden me echt. Soms op een prettig melancholische manier – zoals in het verhaal De zonderling, over een man die na zijn pensionering ineens liefde voor de poëzie opvat –, maar soms ook op bijzonder schrijnende, tragische manier. Het verhaal Eerste luier over een man die per trein naar Gouda reist, omdat hij zijn incontinentiemateriaal niet in zijn eigen stad durft te kopen, heeft me bijna aan het huilen gekregen. Dat geldt ook voor het verhaal Geestgronden, waarin pas uit de laatste zin blijkt hoe tragisch de insteek van het verhaal eigenlijk is.
Het verdriet van Eline is niet alleen voor Hagenezen interessant, maar voor iedere Nederlander die iets verder wil kijken dan de eigen (jonge) neus lang is.
Jan Paul Bresser
flickr
Abonneren op:
Posts (Atom)